Functies beschrijven waarom we een beveiligingssysteem willen hebben.

De basis die ten grondslag ligt aan de beveiliging en beheersing van het treinverkeer is dat een trein alleen mag rijden als daartoe toestemming verleend is.

Ingenieuze oplossingen voldoen aan wezenlijke beveiligingsprincipes, die in de tijd gezien naar behoefte worden aangepast.

Bij het verwerken van alle inputsignalen naar een veilige output moet aan alle veiligheidsvoorwaarden zijn voldaan.

Rapportages van veiligheidsmeldingen dienen het doel om in de gehele spoorbranche te leren van incidenten.

De inrichting van de infrastructuur met o.a. beveiligingsmiddelen heeft een groot effect op de vervoerscapaciteit.

Flankzonebewaking zorgt dat het sein in het nevenspoor bij een STS-passage direct in de stand stop gestuurd wordt.

Flankbeveiliging is het verhinderen, dat een trein of voertuig via een wisselverbinding in een (andere) rijweg terecht komt.

Deze functie die garandeert dat elk deel van de infrastructuur slechts door één enkele trein gebruikt kan worden.

Tussen een beweegbare brug en een daarvoor geplaatst sein bestaat een zodanig verband dat als dit sein voorbijrijden toestaat, de brug in de juiste stand is vastgelegd.